Bafang E-Bike Foutcodes

Name: Hollandbikeshop.com
Address: Molenweer 22, Wateringen, 2291NR, NL
Telephone: +31 (0)70 - 300 00 44

Bafang

Serie:	Middenmotor:

Foutcode:	Soort fout:	Onderdeel:	Omschrijving probleem:	Oplossing:
03	X	Remsysteem.	Het remsysteem is toegepast.	Controleer of de remkabel vastzit.
04	De tweede led-indicator knippert 4 keer snel achter elkaar.	Gashendel.	De gashendel is niet naar de juiste positie teruggekeerd.	Controleer of de gashendel wel naar de juiste positie kan terugkeren. Vervang de gashendel, indien de situatie niet verbetert.
05	De tweede led-indicator knippert 5 keer snel achter elkaar.	Gashendel.	Fout gashendel.	1. Controleer de kabel van de gashendel, en de gashendel zelf. 2. Ontkoppel de gashendel. Neem contact op met uw e-bike dealer, indien het probleem zich blijft voordoen.
06	X	Accu.	Laagspanningsbeveiliging.	Controleer de accuspanning.
07	De tweede led-indicator knippert 7 keer snel achter elkaar.	Accu.	Overspanningsbeveiliging.	1. Verwijder de accu. 2. Plaats de accu opnieuw. 3. Neem contact op met uw e-bike dealer, indien het probleem zich blijft voordoen.
08	De tweede led-indicator knippert 8 keer snel achter elkaar.	HMI, Controller, Motor.	Fout hall-sensor van motor. Afwijkend signaal van de hall-sensor.	Controleer de module van de motor: 1. Controleer de stekkerverbinding en zorg dat deze naar behoren is gekoppeld. 2. Monteer de verlengkabel van de motor opnieuw om te controleren of de kabel beschikbaar is. 3. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 4. Monteer de motor opnieuw om te controleren of de motor beschikbaar is. 5. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de motor beschikbaar is.
09	De tweede led-indicator knippert 9 keer snel achter elkaar.	HMI, Controller, Motor.	Fout fase-aansluiting motor. Fase-aansluiting motor mislukt.	Controleer de module van de motor: 1. Controleer de stekkerverbinding en zorg dat deze goed is aangesloten. 2. Monteer de verlengkabel van de motor opnieuw om te controleren of de kabel beschikbaar is. 3. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 4. Monteer de motor opnieuw om te controleren of de motor beschikbaar is. 5. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de motor beschikbaar is.
10	De eerste led-indicator knippert 1 keer.	Controller, Motor.	De temperatuur van de controller heeft het beveiligingspunt bereikt.	1. Maakt u zich geen zorgen wanneer deze melding verschijnt terwijl u fietst; dit betekent dat het systeem aan het afkoelen is. 2. Verschijnt deze melding wanneer de fiets niet/weinig in gebruik is, monteer de motor dan opnieuw, om te controleren of de motor beschikbaar is. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
11	De eerste led-indicator knippert 1 keer en wisselt af met de tweede led-indicator, die ook 1 keer knippert.	Controller.	Defecte temperatuursensor in de controller. Afwijking temperatuursensor in de controller.	Controleer de controller. 1. Maakt u zich geen zorgen wanneer deze melding verschijnt terwijl u fietst; dit betekent dat het systeem aan het afkoelen is. 2. Verschijnt deze melding wanneer de fiets niet/weinig in gebruik is, monteer de controller dan opnieuw, om te controleren of de controller beschikbaar is.
12	De eerste led-indicator knippert 1 keer en wisselt af met de tweede led-indicator, die 2 keer snel achter elkaar knippert.	Controller.	Fout stroomsensor.	Check de controller. 1. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 2. Monteer de controller opnieuw.
13	De eerste led-indicator knippert 1 keer en wisselt af met de tweede led-indicator, die 3 keer snel achter elkaar knippert.	Accu, Controller.	Fout accusensor. De temperatuursensor in de accu wijkt af.	Controleer de accu. 1. Maakt u zich geen zorgen wanneer de melding verschijnt terwijl u fietst of wanneer de fiets te lang in direct zonlicht heeft gestaan; dit betekent dat de accu aan het afkoelen is. 2. Verschijnt deze melding wanneer de fiets niet/weinig in gebruik is, monteer de accu dan opnieuw om te controleren of de accu beschikbaar is. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
14	De eerste led-indicator knippert 1 keer en wisselt af met de tweede led-indicator, die 4 keer snel achter elkaar knippert.	Controller, Motor.	Fout temperatuursensor in motor.	1. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 2. Monteer de motor opnieuw om te controleren of de motor beschikbaar is. 3. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de motor beschikbaar is.
21	De eerste led-indicator knippert 2 keer snel achter elkaar en wisselt af met de tweede led-indicator, die 1 keer knippert.	HMI, Controller, RPM-sensor.	Fout externe snelheidssensor. De RPM sensor in de motor of de externe snelheidssensor wijkt af.	Controleer de montagepositie van de externe snelheidssensor. 1. Controleer of de RPM-sensor correct is gekoppeld. 2. Controleer of de magneet correct is gekoppeld. 3. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 4. Monteer de RPM sensor opnieuw om te controleren of de RPM-sensor beschikbaar is. 5. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 6. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
22	De eerste led-indicator knippert 2 keer snel achter elkaar en wisselt af met de tweede led-indicator, die 2 keer snel achter elkaar knippert.	HMI, Accu, Controller.	Communicatiefout accumanagementsysteem (AMS). De controller ontvangt geen AMS-informatie van de accu.	1. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 2. Controleer of de accu communicatiekabel correct is aangesloten. 3. Monteer de accu communicatiekabel opnieuw om te controleren of de kabel beschikbaar is. 4. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 5. Monteer de accu opnieuw om te controleren of de accu beschikbaar is. 6. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
23	X	Licht, Controller.	Licht fout.	1. Controleer de lichtkabelverbinding. 2. Monteer de lichtkabel opnieuw om te controleren of de lichtkabel beschikbaar is. 3. Monteer het licht opnieuw om te controleren of het licht beschikbaar is. 4. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
24	X	Verlichting, Display, Controller.	Fout lichtsensor.	1. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 2. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 3. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
25	De eerste led-indicator flikkert 2 keer snel achter elkaar en wisselt af met de tweede led-indicator, die 5 keer snel achter elkaar knippert.	HMI, Controller, Krachtsensor.	Signaalfout krachtsensor.	1. Controleer de kabelverbinder en zorg ervoor dat de onderdelen naar behoren zijn gekoppeld. 2. Monteer de krachtsensor opnieuw om te controleren of de krachtsensor beschikbaar is. 3. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 4. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 5. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
26	De eerste led-indicator knippert 2 keer snel achter elkaar en wisselt af met de tweede led-indicator, die 5 keer snel achter elkaar knippert.	HMI, Krachtsensor.	Signaalfout krachtsensor.	1. Controleer de kabelverbinder en zorg ervoor dat de onderdelen naar behoren zijn gekoppeld. 2. Monteer de krachtsensor opnieuw om te controleren of de krachtsensor beschikbaar is. 3. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 4. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 5. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.
30	De eerste led-indicator knippert 3 keer snel achter elkaar.	HMI, Controller.	Communicatiefout. Het display ontvangt geen informatie van de controller.	1. Controleer de kabelverbinder om er zeker van te zijn dat de onderdelen naar behoren zijn gekoppeld. 2. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 3. Zorg dat u de meest recente softwareversie hebt door een software-update uit te voeren. 4. Monteer de krachtsensor/cadanssensor opnieuw om te controleren of deze beschikbaar is. 5. Monteer de controller opnieuw om te controleren of de controller beschikbaar is.

Serie:	Voorwielmotor:

Foutcode:	Led-display:	Onderdeel:	Omschrijving fout:	Oplossing:
X	De derde led-indicator knippert 6 keer snel achter elkaar.		Laagspanningsbeveiliging.	Controleer de accuspanning.
X	De derde led-indicator knippert 7 keer snel achter elkaar.		Hoogspanningsbeveiliging.	Controleer de accuspanning.
X	De derde led-indicator knippert 8 keer snel achter elkaar.		Fout motor hall-sensor.	Laat uw e-bike dealer de stator van de motor controleren.
X	De derde led-indicator knippert 9 keer snel achter elkaar.		Fout fase-aansluiting motor.	Laat uw e-bike dealer de stator van de motor controleren.
X	De eerste led-indicator knippert 1 keer, daarna knippert de derde led-indicator 1 keer.		De temperatuur van de controller is te hoog en heeft het beveiligingspunt bereikt.	Laat uw e-bike dealer de controller nalopen.
X	De eerste led-indicator knippert 1 keer, daarna knippert de derde led-indicator knippert 2 keer.		Fout temperatuursensor in controller.	Laat uw e-bike dealer de controller nalopen.
X	De eerste led-indicator knippert 1 keer, daarna knippert de derde led-indicator knippert 3 keer.		Fout temperatuursensor in accu.	Controleer de accu.
X	De eerste led-indicator knippert 2 keer, daarna knippert de derde led-indicator knippert 1 keer.		Fout snelheidssensor.	Controleer de positie van de sensor.
X	De eerste led-indicator knippert 2 keer, daarna knippert de derde led-indicator knippert 2 keer.		AMS-communicatiefout.	Monteer de accu opnieuw.
X	De eerste led-indicator knippert 3 keer snel achter elkaar.		Communicatieprobleem.	1. Controleer de verbinding tussen de EB-BUS en bedieningseenheid. 2. Monteer de bedieningseenheid opnieuw.

Vaak voorkomende problemen zonder foutcode:
	Omschrijving fout:	Onderdeel:	Stappen:
X	De motor trilt of maakt geluid tijdens het fietsen op vlak wegdek.	Motor, Controller.	1. Controleer de module van de motor, zoals de versnellingen en lagers. 2. Monteer de controller opnieuw om er zeker van te zijn dat de controller beschikbaar is.
X	Trapondersteuning is beschikbaar, loopondersteuning niet.	Display, Controller.	1. Monteer het display opnieuw om te controleren of het display beschikbaar is. 2. Monteer de controller opnieuw om er zeker van te zijn dat de controller beschikbaar is.
X	Loopondersteuning is beschikbaar, maar tijdens het trappen werkt de motor niet of discontinu.	Trapfrequentiesensor, Controller.	1. Controleer de trapfrequentiesensor en de bijbehorende kabels. 2. Monteer de controller opnieuw om er zeker van te zijn dat de controller beschikbaar is.
X	Problemen bij het inschakelen van het display.	Accu, Display, Controller.	1. Controleer de accu. 2. Controleer het display. 3. Check de controller.
X	Problemen bij het inschakelen van de lichten.	Licht, Display, Controller.	1. Controleer de lichten. 2. Controleer het display. 3. Controleer de controller.